1654, 27 maart. Nove

Andrea Mattiello, notaris in het plaatsje Nove in de regio Veneto, was onder de indruk van Hansken. De olifant is in Nove op doorreis van Vicenza naar Bassano. De notaris beschrijft kunstjes en verklaart die zelf te hebben gezien. Ook merkt hij op dat Hansken zo hoog is als een hoge koets (1). De aantekening is geschreven aan de binnenkant van een perkamenten band van een notarieel protocol en werd in maart 2022 door het Archivio di Stato di Vicenza gepubliceerd.

1) “Notta come l’anno 1654 li 27 marzo, di venerdì, passò per la villa delle Nove di transito un elefanta maschio venuta dalle Indie Orientali di età di anni 25 in circa qual veniva da Vicenza a Bassano. Et cossì domisticcata che sparava una pistola, menava una bandiera benissimo, batteva il tamburo, giocava di scrimia con una spada, portava un secchio d’acqua alli astanti acciò si lavassero, si scopava benissimo per tutta la vitta con una scopa, pigliava un cappello di terra et faceva riverenza con il cavarselo et ponerselo sopra il capo, s’inchinava, cavava danari fora dalla scarsella del suo padrone et li rimeteva. Et il tutto faceva con il suo naso, faceva riverentia con le giunture dei piedi cioè s’inchinava et levava da terra, il tutto faceva da sua posta con altri meravigliosi giochi.
Io Andrea Miatello nodaro pubblico affermo di [aver] vedutto a quanto di sopra. Era alto come una carrozza alta.”

Uit: Vincenza, Archivio di Stato di Vicenza, Notarile, Andrea Mattiello, b. 2091, Registro n. 10.

 

Op 27 maart van het jaar 1654, een vrijdag, passeerde ’s avonds een mannetjesolifant de buitenplaats van Nove, ze was afkomstig uit Oost-Indië, ongeveer 25 jaar oud en ze was op weg van Vicenza naar Bassano. En ze was zó afgericht dat ze kon schieten met een pistool, heel goed met een vlag zwaaide, op de trommel sloeg, met een zwaard kon schermen, een emmer water naar de omstanders bracht zodat ze zich konden wassen. Ze maakte haar hele romp heel goed schoon met een bezem, ze pakte een hoed op van de grond en groette terwijl ze die hoed afnam en weer opzette, ze maakte een buiging, haalde geld uit de beurs van haar baas en stopte het weer terug. En dat alles deed ze met haar neus, ze groette beleefd door door haar poten te zakken, oftewel ze knielde en richtte zich op van de grond, dat alles deed ze vanaf de plek waar ze stond en ze beheerste nog andere bijzondere kunstjes. Ik, openbaar notaris Andrea Miatello bevestig dat ik gezien heb wat hierboven beschreven is. Hij was zo hoog als een hoge koets. [Vertaling van Anette van Opzeeland-Metz.]