Eind 1647 treedt Hansken in Brussel op aan het hof van aartsbisschop Leopold Willem, landvoogd der Zuidelijke Nederlanden. Hansken was op zijn verzoek naar hem toegebracht om haar te kunnen zien (1).

1) ‘A la persona Cuyo es un Elephante que se truxo aque yo leviese, Cinquenta pattacones del dicho valor que hazen Ciento y veynte florines dea veynte placas. [in marge: 120 fl] (…) Datte[?] en Brus[el]a[s] a Catorze de Diziembre de Mil seyscientos quarenta y siete annos – Leopoldo Gui[ller]mo.’

Brussel, Algemeen Rijksarchief / Archives générales du Royaume, Handschriftenverzameling ‘Manuscrits Divers’ nr. 1374 “Dépenses de l’Archiduc Léopold-Guillaume, 1647-1652”, fol. 7r. J. Lefèvre verwijst hiernaar in, ‘La Cour de l’archiduc Léopold-Guillaume, 1647-1652’, in: Archives, Bibliothèques et Musées de Belgique, Bulletin mensuel de l’Association de conservateurs, vol. 5. No. 5, 15 May 1928, p. 65-77, aldaar p. 75: “Le personnage anonyme qui est gratifié de 120 florins pour avoir amené et fait admire à l‘Archiduc un éléphant” .

In modern Spaans luidt de mededeling: ‘A la persona cuyo es (=que posee) un elefante que se trajo a que yo lo viese, cincuenta patacones del dicho valor que hacen 120 florines de a 20 placas” (…) Datado en Bruselas a 14 de diciembre de 1647 – Leopoldo Guillermo.’ Nederlandse vertaling: Aan de persoon die een olifant bezit die naar mij gestuurd was om die te kunnen zien, 50 patacons van deze waarde dat maakt 120 florijnen van 20 placas. (…) Gedateerd, in Brussel, 14 december 1647 Leopold Willem.’ Met dank aan Juan Manuel Trillo.