Anonieme reclameprent met naam Hansken

Op een anonieme en ongedateerde gravure (29,5 x 38,3 cm) staat in het midden de olifant Hansken, naar links, en zwaaiend met een vaandel. Vóór haar staat een trompettist. Om de middenplaat heen zijn zestien randafbeeldingen van de kunstjes die de olifant verricht. Bij elk daarvan staat in het Nederlands en in het Frans wat de olifant doet. Onder de middenplaat staat, alleen in het Nederlands, het volgende gedicht:

Hansken den Olyphant is mynen naem,

In veel Landen heb ick groote faem.

Ick ben oock ’t grootste Beest van alle landen,

Veele consten can ick mennichder hande.

Met een cleyn haaxken word ick gedwongen en geregeert,

Hetgeen ick can myn Meester myn heeft geleert.

Daerom coopt dese prent om aente schouwen,

U gelt en sal u niet berouwen.

De voorstelling moet zijn gemaakt op initiatief van de eigenaar van Hansken (Cornelis Jacobs van Groenevelt) om reclame te maken voor de olifant en om exemplaren van de prent te verkopen. .

Bij de kunstjes staan Nederlandse én Franse bijschriften. De meest waarschijnlijke datering voor de prent is 1647-1648. Hansken was toen in de Zuidelijke Nederlanden, waar beide talen gesproken worden. Het vroegst bekende exemplaar wordt in Valenciennes bewaard. Dit exemplaar is het minst versleten. Het betreft ook het enige bekende exemplaar van de eerste staat (zonder streepjes tussen de dichtregels).

Hansken deed overigens veel meer kunstjes dan die op de prent staan afgebeeld. Zo kon hij ook een geweer afschieten (voor het eerst vermeld in Bremen in 1640). Het afschieten van een geweer behoort in beschrijvingen tot de vaakst genoemde kunstjes en het is daarom opmerkelijk dat juist dit kunstje niet is afgebeeld op de prent.

Het concept, een middenplaat met daaromheen randafbeeldingen, is ontleend aan de prent van Wenzel Hollar, Olifant, 1629, 24 x 27,9 cm (Faust nr. 652). De prent is niet twee keer gegraveerd, zoals I. Faust, Zoologische Einblattdrucke und Flugschriften vor 1800, 2 (Stuttgart 1999), nr. 658.1 en 658.2, stelt. Wel zijn er twee staten. Alle bekende exemplaren, behalve die uit Valenciennes, betreffen de tweede staat.

1. Anonieme reclameprent voor Hansken

Het exemplaar dat in Valenciennes bewaard wordt, behoort tot de eerste staat. In 1648 werd dat exemplaar verkocht aan iemand die de olifant alle kunstjes zag verrichten die erop staan afgebeeld.

Valenciennes, Bibliothèque de Valenciennes, ms. 1205. Toegevoegd aan de kroniek van Valennciennes, Antiquité de Valenciennes en forme d’abregé recueillee par Pierre de Navarre, 1643.

Elephant Hansken Valenciennes

Anonieme reclameprent voor Hansken (Faust nr. 658.1). Afgebeeld is het exemplaar in Valenciennes.

Exemplaren van de tweede staat (met streepjes tussen de dichtregels):

1. Amsterdam, Rijksprentenkabinet, RP-P-OB-77.795 (daar gedateerd op 1641-1642). Frederik Muller, De Nederlandsche geschiedenis in platen: beredeneerde beschrijving van Nederlandsche historieplaten, zinneprenten en historische kaarten, 4 delen, F. Muller, Amsterdam 1863-1882, deel 1 (tot 1702), p. 261, nr. 1854, en deel 4 (supplement), p. 194-195.

Hansken Rijksmuseum Wikimedia

2. Erlangen, Universitätsbibliothek, Flugblattsammlung, 4,61.

3. Nürnberg (Hansken was in 1652 in Nürnberg)

Germanisches Nationalmuseum, HB 2324.

Nuernberg elefant 1-1

4. Ulm (Hansken was in 1651 in Ulm)

Stadtbibliothek, Einblattdrucksammlung, Nr. 929.

In 2021 tentoongesteld in Museum Het Rembrandthuis (Hansken. Rembrandts olifant).

5. Dresden (Hansken was in 1651 in Dresden)

Sächsisches Staatsarchiv, 10024 Geheimer Rat (Geheimes Archiv), Loc. 4467/1, Bl. 56. De plaat meet 29,3 x 38 cm op een blad papier van 37,5 x 47 cm. De gravure werd in 2002 gecatalogiseerd en een verwijzing ernaar ontbreekt derhalve in Faust (vriendelijke opgave Dr. Pieter Wiegand van het archief in een email van 25 November 2014).

6. Görlitz? (Hansken was in 1651 in Görlitz)

Blätter für literarische Unterhaltung, Volume 2. Jahrgang 1833, Zweiter Band, ‘Literarische Curiosa. 1. Alte Theater- und Anschlagzettel’, p. 1120: “Endlich besitzen wir noch den Zettel, welcher das Erscheinen des (vermuthlich ersten) 1650 in Deutschland herumgezoführten Elefanten beurkundet. Er ist in holländischer und französischen Sprache afgefasst, und ein ganz und gar nicht schlechter Kupferstich, der alle mögliche Kunststücke des Thieres in einem grossen Mittelbilde sowie in 16 kleinere darthut, welche leztere die vier Seiten eines ganzen Bogens einnehmen. Was die jetzt xx zur Schau herumgeführten Elefanten sehen lassen, leistete auch der damalige, ja er gab noch mehre Kunststücke zum besten, die wir noch nicht gesehen haben. So kämpfte er mit dem Degen gegen seinen Herrn;  “il joue à l’estocade!” besagt die Schrift under dem Bilde; er schob Kegel, er warf eine Menge Jungen über den Hausen, welche man ihm vor den Rüssel brachte und auf den Racken setzte. Wie man noch fast 150 Jahre in der Schulen Lethren und naturhistorische Handbücher schreiben .., dass der Elefant im Stehen schlafen müsse, weil er sich nich legen und dann wieder aurtichten könne, begrieft mann , denn dieses Thier “se met à terre”, und das Biold zeigt uns, dass er daglag wie ein Hund, der alle vier Beine von sich streckt. Das Thier führte den Namen HHans; “Hansken den Olyphant is myne naem”, bestagt die Schrift unter dem Haubtbilde, das für den Liebhaber von Curiositäten, nebst den genannten andern drie Zetteln grossen Werth haben dürfte.”

In de onbekende verzameling met ‘Alte Theater und Anschlagezettel’ bevinden zich aankondigingen van theatervoorstellingen in Görlitz. Dat zou er op zou kunnen wijzen dat de prent gekocht is toen Hansken in 1650 in Görlitz was. .

7. Nabij Winterthur. (hansken was in 1651 in Winterthur.

Oxford, Bodleian Library, MS Rawlinson D 76. (Dagboek van Robert Montagu die de prent kocht).

De prent die Robert Montagu koch en in zijn dagboek bewaarde

De prent die Robert Montagu koch en in zijn dagboek bewaarde

8. Bern (Hansken was in 1651 in Bern)

Bern, Burgerbibliothek, Mss.h.h.XXX.178a(17) (“Elefant gezeigt in Zürich 1651”), 36 x 44,5 cm (papier), 30,5 x 39,5 cm (plaat). Op de achterkant staat een gelijmde notitie (met vriendelijk dank aan Isabel Jabob van de bibliotheek):

„A° 1651 ward zu Zürich dieser mit seinen Künsten vorgestelter Elephant gezeiget. v. Eschers Zürichsee p.95

A° 1693 habe in Zürich einen Elepfanten gesehen so nach keine Zähne gehabt. Einen anderen grossen ungeheüren Elepfanten mit grossen Zähnen habe A° 1697 ins Graffenhaag gesehen.

Beide haben eben die jenigen Exercitien wie dass beyliggende Kupfer spricht, gemacht.“

 

De olifant van de middenplaat werd gekopieerd en gebruikt als houtsnede-illustratie in ’t Oprechte Journaal van Gillis Saagman (Amsterdam 1668), p. 30, in een betoog over olifanten en krokodillen die niet voorkomen in Korea. De afbeelding is 10 cm hoog en 12 cm breed. Een exemplaar van dit boek berust in het Maritiem Museum, Rotterdam (signatuur WAE 3A9). De houtsnede werd eveneens door Saagman opgenomen in zijn op 1664 gedateerde uitgave Van Linschotens Journael Van de derthien-jarighe Reise, te Water en te Lande …, p. 71, bij een beschrijving “Van den Oliphant” op p. 71-73. Een exemplaar berust in Amsterdam (signatuur UBA, OTM 0 60 557 (3)). De kopiïst maakte een fout en zag Hanskens bek voor een tweede stel slagtanden aan.

 

Elephant Hansken Saagman

De gekopieerde middenplaat ten behoeve van ’t Oprechte Journaal van Gillis Saagman (1653)